Op een zonnige najaarsdag in 1995 liep ik opgewekt de trap af naar de voordeur. Mijn team en ik hadden intensief de pers benaderd om te controleren of ze ons persbericht hadden ontvangen en of ze zouden komen naar onze persbijeenkomst. We zouden “Discover Amsterdam” presenteren. Een stedengids waarbij je, dankzij 360-graden panorama foto’s, van kruispunt naar kruispunt door de stad kon lopen. Een unicum in die tijd, 7 jaar voor de lancering van Google Streetview.
De persconferentie was die ochtend. Mijn debuut met de pers, dus naast mijn opgewektheid was ik behoorlijk zenuwachtig. Talloze gedachten spookten door mijn hoofd. Wat als de PC crasht? Wat als ik geen antwoorden heb? Wat als ze de cd-rom waardeloos vinden?
Halverwege de trap ontmoette ik mijn onderbuurvrouw. Een opmerkelijke dame die zei wat in haar opkwam. Ondanks dat ik 22 was en zij al in haar veertig was, behandelde ik haar met respect.
“Goedemorgen, je ziet er vrolijk uit!” merkte ze op. “Ik ben op weg naar onze persconferentie,” antwoordde ik glimlachend.
“Een persconferentie? Voor dat cd’tje? Denk je echt dat iemand daarvoor komt?” flapte ze eruit.
Ik schrok, zoekend naar enige spot in haar gezicht, maar ze leek bloedserieus. “Eerlijk, wie kent jou nu?”
Plots waren mijn technische zorgen verdwenen en groeiden de twijfels over de opkomst. Eenmaal in de bus kreeg ik zelfs jeuk van de stress. Al dat werk voor niets? Bij de eindhalte merkte ik rode vlekken op mijn gezicht in de achteruitkijkspiegel van de bus: stressuitslag.
De zaal in Hotel ‘l Europe in het centrum had 50 stoelen, allemaal voorzien van een cd-rom. 15 minuten voor aanvang arriveerde de eerste journalist, van de Telegraaf, het grootste dagblad van Nederland. Minuten later waren bijna alle stoelen bezet.
De volgende dag prijkten we in alle grote kranten en volgden er meer publicaties. De media waren dol op onze cd-rom.
Waarom mijn onderbuurvrouw zo ongevoelig en negatief was, weet ik niet. Haar woorden raakten me diep. Van zelfverzekerd naar extreem onzeker in een oogwenk. Pas later leerde ik me te wapenen tegen andermans oordeel.
Luisteren is goed, maar soms moet je (negatieve) meningen negeren.
Comments